Starttaal Compact 2F is onze compacte mbo-methode Nederlands voor niveau 2F. In Starttaal Compact werken studenten versneld en zelfstandig toe naar hun examen. Starttaal Compact 2F is geschikt voor BOL-opleidingen, BBL-opleidingen en verkorte trajecten.
Waaruit het combinatiepakket van Starttaal Compact 2F bestaat?
- Het Starttaal Compact Werkboek 2F.
- Het Starttaal Compact Handboek.
- Een licentie van 12 maanden voor het oefen- en toetsprogramma Starttaal Compact Online.
- Examencoach Nederlands.
- Eén sessie van de Taalniveautest (TNT).
Met Starttaal Compact 2F kunnen studenten doelgericht en zelfstandig werken aan alle taalvaardigheden Nederlands. Zo bereiden ze zich op een efficiënte manier en per taalvaardigheid voor op het centraal examen en de instellingsexamens. Doordat je studenten vooral zelfstandig aan de slag zijn, heb je als docent de tijd en ruimte om je tijdens de lessen vooral te richten op individuele begeleiding en maatwerk. De lesstof van Starttaal Compact 2F loopt op in niveau en bestaat uit losstaande taken per taalvaardigheid. Hierdoor kun jij samen met jouw student een persoonlijke leerroute bepalen, bijvoorbeeld door bepaalde onderdelen over te slaan, zodat de student versneld kan bewijzen een bepaalde taalvaardigheid te beheersen.
Indeling
Alle taalvaardigheden komen aan bod in het Starttaal Compact Werkboek. In Deel 1 ‘Centraal Examen’ oefenen studenten met lezen en luisteren. In Deel 2 ‘Instellingsexamens’ gaan ze aan de slag met schrijven, spreken en gesprekken voeren én taalverzorging. Elke taalvaardigheid bestaat uit de onderdelen ‘opbouwopdrachten’ en ‘examenvoorbereiding’, die oplopen in niveau. Naast deze onderdelen vind je in het werkboek per vaardigheid twee oefenexamens.
Taakopbouw
Elke taak begint met een oriëntatieopdracht, waarin de studenten voorkennis over het onderwerp van de taak ophalen. In de volgende opdracht bekijken ze hun leerdoelen: studenten geven aan in welke mate ze denken al over bepaalde vaardigheden te beschikken. Geven ze aan de genoemde leerdoelen al te beheersen? Dan wordt er per leerdoel de bijbehorende opdracht ‘weggespeeld’. Die hoeven ze dus niet te maken. Als docent kun je deze oefening natuurlijk alsnog toewijzen aan de student, mocht je dat nodig vinden. De rest van de taak bestaat uit verplichte opdrachten, een eindopdracht en een reflectie op de taak.
Starttaal Compact Handboek
In het Starttaal Compact Handboek vinden studenten de theorie die ze nodig hebben om de opdrachten in het werkboek te maken. Vanuit het werkboek wordt verwezen naar de theorie in het handboek. Naast toelichtingen op alle basisbegrippen biedt het handboek ook verduidelijkende voorbeelden en handige stappenplannen voor elke taalvaardigheid. Achter in het boek staan overzichten met vaste voorzetsels en lastige werkwoorden. Ook vind je in het Starttaal Compact Handboek een apart gedeelte gericht op examenvoorbereiding. Hiermee kunnen studenten zich optimaal voorbereiden op het examen.